We hebben een hotel geboekt in Amsterdam om morgen naar Louisville te vliegen.

Na het ontbijt tillen we vier grote, twee kleine (handbagage), twee rugzakken, twee persoonlijke tassen en een reismandje met Willem erin in de shuttle richting Schiphol.

Ik zit samen met Willem op een bankje waar hij onderwerp van gesprek wordt. De vrouw tegenover mij gaat haar dochter in Aruba bezoeken. Zij nam haar twee katten ook mee in het vliegtuig. Willem is wat onrustig en al snel ruik ik waarom. Hij heeft in zijn mandje gescheten. Op dat moment weet ik nog niet dat dit “ongelukje” een voorbode is op de rest van onze reis. We zijn goed voorbereid en hebben puppie-train-matjes en wegwerp kattenbakken voor in de hotels. Op schiphol zoek ik een verschoonruimte op. De ‘kitty-shitty’ gaat in een plastic zak, nieuw matje erin en we kunnen weer verder.

Voordat we kunnen vliegen zijn er een aantal stops die we moeten maken. Eerst de kat aanmelden, dan de koffers inchecken. Daarna worden we gefouilleerd (ik maak nog een grap over hoeveel billen ze per dag aanraken, maar deze valt niet echt in goede aarde. Ik verwacht dat ze deze grap net zo vaak horen als de billen die ze fouilleren). We schuifelen verder naar de paspoortcontrole en lopen door naar het vliegtuig om rond 13.15 de lucht in te gaan.

In het vliegtuig zitten we naast elkaar en Willem staat bij mij onder de stoel. Het eerste uur waant Nika zich in heaven. Ze heeft een eigen schermpje voor films en er wordt haar eten en drinken gebracht. Haar enthousiasme is aanstekelijk. Ik denk dat ik dit ook een van de leukste dingen aan haar vindt. Ze doet niets 100% er komt altijd een schepje extra energie bovenop.

De eerste zes uur gaan soepel, daarna ontstaat het ongemak. Willem heeft weer gepoept in zijn mandje. De schuldgevoelens wakkeren aan. Hadden we hem dit wel moeten aandoen? Is hij niet veel te oud? De kinderen vragen of we nog wat te eten krijgen en dat begrijp ik want ook wij hebben trek. We stoppen ze maar vol met snoep, dat werkt.

Na acht uur ruiken we weer wat, het is niet veel, maar genoeg om het vliegtuig om te doen keren dus verschonen we Willem weer. René houdt hem even vast waardoor er kitty-shitty op z’n broek komt (Ja, er werd binnensmonds stevig gevloekt). Het laatste matje gaat erin, de kat ook zodat René zich kan opfrissen. Ondertussen staat de mand op mijn schoot waarbij mijn rechterbovenbeen warm wordt. Shit! Naja, geen shit dus, Willem piest en een deel loopt uit het mandje. Weer kat eruit, matje eruit….. ah nee! Matjes op! De buurvrouw leeft met ons mee en zegt, “pak toch gewoon z’n vliegtuigdekentje”. Nu we inmiddels overal schijt aan hebben vinden we dat een goed idee. Dus, klein vliegtuigdekentje erin, katje erin en ik naar het toilet om me op te frissen. Na een poosje zit iedereen weer op z’n plek en de rust lijkt wedergekeerd (Willem gaat weer slapen).

De rust is van korte duur want we krijgen de melding dat het vliegtuig niet zal landen in Minneapolis. Door hevige sneeuwval is de landingsbaan te kort. Onder het motto ‘better safe than sorry’ vliegen we naar Detroit. Eenmaal in Detroit aangekomen komt de oproep dat wij kunnen boarden, maar onze bagage niet. Fijn als al je schone (niet shitty-kitty) kleding in die koffers zit.

We wachten tot we kunnen uitstappen totdat de derde oproep komt. Er komt een nieuwe crew aan piloten die ons alsnog naar Minneapolis zal brengen. We kijken elkaar aan, rekenen met de tijd en komen erachter dat het wel heel erg krap gaat worden om onze vlucht naar Louisville te halen. Daar waar we eerst vijf uur op het vliegveld zouden moeten wachten blijft er nu nog maar maximaal een uur over om uit en in te checken voor het volgende vliegtuig.

Na anderhalf uur stijgen we op, de landing in Minneapolis vind ik best spannend, maar alles gaat goed. Vrij snel volgt de vierde oproep. Het hele vliegveld ligt stil vanwege het weer. (godverdegodver… en nog heel veel woorden die ik beter niet kan opschrijven) We zijn inmiddels bijna 20 uur wakker als gezin en met alle vermoeidheid en stank er helemaal klaar mee.

Wat nu? Morgen gaan er pas weer vliegtuigen. Op het vliegtuig liggen hier en daar wat mensen, dat is voor ons geen optie. We zoeken een hotel. René belt zijn werk (tip; als je naar de USA reist zorg dat je van tevoren een telefoonkaart met Amerikaans nummer hebt, kun je gewoon bellen). We worden ook nu weer goed geholpen en zo’n half uur later staat er een taxi klaar die ons naar een hotel brengt.

In de taxi zit een stel uit Dakota, ze zijn vrolijk en nieuwsgierig en dat geeft even weer wat positieve energie. Ik denk dat dit ook is waar ik me het meest op verheug. Mensen leren kennen. In de taxi zien we hoeveel sneeuw er ligt, het is zomaar 40 cm hoog en vouwt zich als een deken om het landschap en de huizen.

In het hotel krijgen we nog een laatste tegenslag, de douche doet het niet. Het is voor ons geen optie om niet te douchen met al die kitty-shitty. We krijgen een nieuwe kamer, de kat in bad en wij lekker in de douche. Schoon kruipt Willem bij de kinderen in bed. Als ik dit, denk ik; ‘dit is alle kitty-shitty wel waard’.

— Wordt vervolgd —

 

Chat openen
1
Zullen we appen?
Scan de code
Hallo :)
Kan ik je helpen?